Onderverzekering bij zaakschade

De verzekerde som is het hoogste bedrag van de schadevergoeding waartoe de verzekeraar als gevolg van een schadevoorval kan worden verplicht (artikel 7:955 lid 1 BW).
Speciaal voor zaakschade, zoals schade aan het gebouw als gevolg van brand, geeft de wet bijzondere regels ter vaststelling van de schade.
De wet bepaalt dat een gebouw is verzekerd naar zijn herbouwwaarde en (alle) andere zaken naar hun vervangingswaarde (artikel 7:956 BW). Dit is ‘regelend’ recht de polisvoorwaarden kunnen daarvan afwijken.

Wanneer is sprake van onderverzekering?

Er is sprake van onderverzekering wanneer de verzekerde som kleiner is dan de verzekerde waarde. Bij onderverzekering wordt de vergoeding naar evenredigheid verminderd. Dat heeft tot gevolg dat bij een volle schade (‘total loss’) niet meer dan te (te) lage verzekerde som wordt uitgekeerd en dat bij een gedeeltelijke schade de schadevergoeding naar evenredigheid van het hetgeen te weinig is verzekerd wordt verminderd (artikel 7:958 lid 5 BW). De rechtvaardiging hiervoor is dat de premie meestal aan de hand van de verzekerde som wordt vastgesteld. Bij onderverzekering betaalt de verzekernemer dus een te lage premie. Dit wordt gecorrigeerd doordat in feite uitgekeerd naar rato van de premie.
Bij wijze van voorbeeld: Stel de herbouwwaarde is 100, maar de verzekerde som is 80. Bij een volledige schade (‘total loss’) bedraagt de uitkering 80/100 x 100 = 80 (dus de verzekerde som). Bij een gedeeltelijke schade van 90 bedraagt de uitkering 80/100 x 90 = 72.

Premiere risque beding

Voorgaande regel is van regelend recht. Partijen kunnen dus anders overeenkomen en dat gebeurt in de praktijk ook wel door middel van het zogenaamde ‘premiere risque’ beding. Dat beding houdt in dat, ongeacht de vraag of sprake is van onderverzekering, de schade volledig wordt vergoed zolang zij onder het bedrag van de verzekerde som blijft.

Toepassing van hiervoor genoemde regels over onderverzekering kan ertoe leiden dat de verzekerde zijn schade niet volledig vergoed krijgt. De verzekerde kan in dat geval eventueel nog zijn assurantiepersoon aanspreken. De assurantietussenpersoon heeft namelijk een zorgplicht jegens de verzekerde die (onder meer) met zich meebrengt dat hij tegen onderverzekering dient te waken.